Kunnen pompoenen giftig zijn?

Niet alle pompoenachtigen zijn eetbaar. Sommige soorten kunnen zelfs tot vergiftiging leiden, omdat ze cucurbatines bevatten. Dat zijn giftige stoffen die uiterst bitter smaken en lokaal irriterend werken.

De oorzaak van het probleem is vaak de teelt van zowel pompoenen als sierpompoenen in eigen tuin. De bijen kunnen hier een kruisbevruchting tussen verschillende soorten teweegbrengen. De vruchten die als gevolg hiervan ontstaan en cucurbitacines bevatten, zijn vaak niet te onderscheiden van de ongevaarlijke eetbare pompoen.

Symptomen
Symptomen treden snel op na een inname van slechts een kleine hoeveelheid. Men begint te braken, men krijgt koliekachtige buikpijn en hevige, soms bloederige diarree. Dit kan leiden tot uitdrogingsverschijnselen. Eveneens kunnen duizeligheid, uitgesproken speekselvloed en hartkloppingen optreden.

Preventie

  • Proef de rauwe vrucht. Als die bitter smaakt: uitspuwen en niet gebruiken. Een eetbare pompoen smaakt neutraal tot licht zoet. Opgepast: kinderen of mensen die bittere smaken niet goed proeven zijn slechte testpersonen.
  • Gebruik geen pompoenachtigen die in de tuin spontaan ontkiemen of “recycleer” geen zaden uit zelf gekweekte pompoenen.
  • Alle sierpompoenen zijn giftig.

(bron: www.gezondheid.be)

AALTJES, een onderschat probleem !!

Wanneer u bij het doorsnijden van de geoogste aardappelen onderstaand beeld aantreft, zal uw eerste gedachte zijn: aantasting phythoptora, die is doorgeslagen naar de knol. Dat is echter niet het geval.

De oorzaak van bovenstaande inwendige verkleuring is dat het Trichodorus-aaltje voorkomt in uw tuin. Een lastig te bestrijden plaag. Oorzaak is vaak een te eenzijdig teeltplan. Overwoekering van onkruid en of in combinatie met een slechte conditie van de bodem.. Het Trichodorus-aaltje Paratrichodorus teres ('vrijlevend wortelaaltje') komt met name voor op lichte zavelgronden in de gebieden Noordoostpolder, de Wieringermeer en op Texel. Het aaltje wordt aangetroffen in grondsoorten met een afslibbaarheid van minder dan 12% en een organische stofgehalte van minder dan 2%.
De aaltjes voeden zich aan worteltoppen van een scala aan gewassen. De wortel kan hierdoor zodanig beschadigd worden, dat ze stopt met groeien. De plant vormt nieuwe wortels, waardoor een afgeknot, vertakt en/of bossig wortelstelsel ontstaat. 
Bij aardappels kan de aantasting ook op de spruiten plaatsvinden welke dan sterk gaat kronkelen en langerekte bruine vlekken vertoont. Valplekken waarbinnen gezonde en beschadigde planten naast elkaar voorkomen, zijn het gevolg.
Bovendien kunnen de aaltjes zich binnen enkele dagen, gelokt door de plant, van dieper gelegen lagen naar de jonge wortels verplaatsen. Hoewel de grootste aantallen in of net onder de bovenste teeltlaag voorkomen, zijn ze vaak tot aan het grondwaterniveau te vinden.
Alle genoemde Trichodoridessoorten zijn overbrenger van het Tabaksratelvirus (TRV) en het vroege verbruiningsvirus van erwten (PEBV). Opvallend is, dat elke soort zijn eigen virusstam bij zich kan dragen. TRV kan grote kwaliteitsschade veroorzaken in aardappel (stengelbont en kringerigheid) en enkele bolgewassen (ratel in tulp en kartelrand in gladiool). 
Wat te doen? Zorg voor bodemverbetering. Teeltwisseling minstens 1:4 en gebruik natuurlijke afweer in de vorm van groenbemesting als nateelt. Bijvoorbeeld Japanse Haver. Tijdens de groeiperiode in het seizoen kan het bespuiten van Pireco (tegen bodem-aaltjes) de aantasting ook verminderen.

(bron: www.zaadhandelvanderwal.nl)